100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Alle stof Hoorcolleges (HC) van Beursvennootschap in het Effectenrecht (BVihE) $4.96   Add to cart

Summary

Samenvatting Alle stof Hoorcolleges (HC) van Beursvennootschap in het Effectenrecht (BVihE)

  • Course
  • Institution
  • Book

Van alle stof van de Hoorcolleges heb ik een infographic gemaakt. Zoals je in het voorbeeld kunt zien, is alle behandelde (meest relevante) stof grafisch vormgegeven, zodat je een goed overzicht kunt krijgen van dit vak. Maakt het leren toch iets leuker ;)

Last document update: 7 year ago

Preview 2 out of 14  pages

  • No
  • Hetgeen is behandeld in hc
  • April 1, 2017
  • April 1, 2017
  • 14
  • 2016/2017
  • Summary

4  reviews

review-writer-avatar

By: atlawjuridischadvies • 6 year ago

review-writer-avatar

By: LauraG93 • 6 year ago

reply-writer-avatar

By: profjustitia • 6 year ago

Translated by Google

Dear Laura, Thank you for taking the trouble to post a review. Too bad you have handed out two stars. Can you indicate why you appreciate the summary so low? Then I may be able to customize it. I have taken 8.7 with this package, so it works. Sincerely.

review-writer-avatar

By: ratnavarisha • 6 year ago

review-writer-avatar

By: juniora • 7 year ago

c

avatar-seller

Available practice questions

Flashcards 63 Flashcards
$6.06 4 sales

Some examples from this set of practice questions

1.

In het eerste college is ingegaan op het sectorale en functionele toezichtmodel. Leg gemotiveerd uit wat zowel het sectorale als functionele toezichtmodel inhoudt. (2 punten)

Answer: Sectoraal model houdt in: Elke sector kent een eigen wet en een eigen toezichthouder. Functioneel model houdt in: twee soorten toezicht – naar hun functie – worden onderscheiden: prudentieel toezicht en gedragstoezicht.

2.

Leg gemotiveerd uit welke vier doelstellingen de Wft kent. (8 punten)

Answer: Toezicht op de soliditeit van financiële ondernemingen en het bijdragen aan de stabiliteit van de financiële sector. Hieronder vallen onder meer de voorschriften inzake solvabiliteit en liquiditeit. Deze zijn erop gericht dat een financiële onderneming voldoende financiële buffers heeft en aan haar betalingsverplichtingen kan voldoen. Hieronder vallen ook eisen die worden gesteld aan de bedrijfsinrichting van de onderneming. Ordelijke en transparante financiële marktprocessen. Ter uitvoering van deze doelstelling bevat de Wft regels voor beurzen en andere plaatsen waar vraag en aanbod bijeen komen. Deze regels beogen ordelijke marktprocessen te bevorderen. Daarnaast bevat de Wft in verband met deze doelstelling informatievoorschriften. Zo zijn gereglementeerde markten bijvoorbeeld verplicht om informatie over verrichte transacties openbaar te maken. Zuivere verhoudingen tussen marktpartijen. Hierbij moet gedacht worden aan regels op basis waarvan deelnemers aan de financiële markt transacties kunnen aangaan en die bijdragen aan marktevenwicht. Een voorbeeld hiervan vormen de regels inzake voorwetenschap. Zorgvuldige behandeling van cliënten. Hieronder vallen de regels die dienen ter bescherming van cliënten. Een voorbeeld vormt de verplichting om informatie in te winnen over een cliënt voordat beleggingsdiensten worden verleend of een krediet wordt verstrekt.

3.

In het openingscollege is ingegaan op het financieel toezichtsmodel in Nederland. Leg gemotiveerd uit wat het zogenaamde twin peaks model (oftewel het Nederlandse functioneel toezichtsmodel) inhoudt en in welke specifieke bepalingen van de Wft de uitgangspunten van dit model zijn neergelegd. (2 punten)

Answer: Het zogenaamde twinpeaksmodel voor toezicht is gestoeld op twee pijlers: Functioneel model houdt in: twee soorten toezicht – naar hun functie – worden onderscheiden: prudentieel toezicht (artikel 1:24 Wft) en gedragstoezicht (artikel 1:25 Wft).

4.

Tijdens het openingscollege is tevens de consultatie in het kader van de eventuele herziening van de Wft behandeld. In deze consultatie worden vijf herzieningsopties besproken. Noem de vijf opties en leg kort uit wat zij inhouden. (5 punten)

Answer: Optie 1: Geen herziening (‘nuloptie’) Optie 2: Wetstechnische en redactionele verbeteringen Optie 3: Verbeteringen binnen het huidige functionele model Optie 4: Invoering van een sectoraal model Optie 5: Invoering van afzonderlijke sectorale wetten

5.

In het hoorcollege van professor Van Ginneken heeft hij uitgebreid de vennootschapsrechtelijke aspecten van de beursgang van Philips Lighting behandeld. Hij heeft het in dat verband onder meer gehad over de zogenaamde ‘relationship agreement’ die Koninklijke Philips N.V. met Philips Lighting voorafgaand aan de beursgang heeft gesloten. Leg gemotiveerd uit wat in algemene zin de beweegredenen kunnen zijn van een moedervennootschap die een dochtervennootschap naar de beurs wil brengen, om met deze dochter een relationship agreement te sluiten. Leg tevens uit welke onderwerpen in zo’n relationship agreement zouden kunnen worden geregeld.

Answer: Vanuit het oogpunt van de moeder -> duidelijkheid over de invloed die zij nog kan uitoefenen en duidelijkheid over de (afspraken rondom) governance. - Vanuit het oogpunt van minderheidsaandeelhouders -> doordat de afspraken met de (voormalige) moedervennootschap duidelijk zijn vastgelegd, is voor minderheidsaandeelhouders transparant welke invloed de moedervennootschap nog kan uitoefenen. Dit draagt bij aan het vertrouwen van de minderheidsaandeelhouders in de (dochter)vennootschap. - Onderwerpen: o Governance. o Hoe om te gaan met informatie. o Afspraken rondom afbouwen deelneming.

6.

In zijn hoorcollege heeft professor Van Ginneken het ook gehad over mogelijke beschermingsconstructies die bij een vennootschap die naar de beurs gaat kunnen worden opgetuigd. Leg gemotiveerd uit wat de reden is om een beschermingsconstructie als preferente aandelen aldus vorm te geven, dat deze pas in werking treedt als het belang van de verkopende meerderheidsaandeelhouder onder een bepaalde grens – zeg 30% – zakt? En waarom ligt het voor de hand om voor deze grens specifiek aan te sluiten bij een percentage van 30%?

Answer: - Met een grootaandeelhouder heb je geen beschermingsconstructie meer nodig. - In de Overnamerichtlijn wordt een 30%-belang als overheersende zeggenschap gezien.

7.

Professor Franx is in zijn colleges onder meer ingegaan op de voor- en nadelen van beursgang/initial public offering (IPO) voor een uitgevende instelling. Noem minimaal twee voordelen en minimaal 2 nadelen.

Answer: Voordelen: Toegang openbare kapitaalmarkt, Naamsbekendheid/uitstraling, “Tucht van de markt”/prestatieniveau, Optieplannen, Privatisering/verzelfstandiging Nadelen: Meer regels en toezicht (AFM), Gevaar voor overval, Lastige(r) beleggerscommunicatie, Doorlopende verplichtingen.

8.

In hoorcollege 3 is professor Franx ingegaan op de Prospectusrichtlijn die in hoofdstuk 5.1 van de Wft is geïmplementeerd. Noem drie onderwerpen die in de Prospectusrichtlijn worden geregeld die nieuw zijn ten opzichte van de wettelijke regeling zoals die gold vóór de implementatie van deze richtlijn.

Answer: 1. AFM bevoegde autoriteit t.a.v. beurs- en buitenbeurs prospectussen, 2. Toetsing buitenbeurs prospectussen, 3. Uniforme inhoudsvereisten beurs- en buitenbeurs prospectussen, 4. Europees paspoort.

9.

Stel, u bent een zeer ondernemende student. Aangezien het voor studenten steeds aantrekkelijker wordt om op Campus Woudestein te wonen, bent u een schoonmaakbedrijf gestart voor het schoonmaken van studentenkamers. Hiervoor heeft u een naamloze vennootschap opgericht, die inmiddels een notering heeft op Euronext, een gereglementeerde markt in de zin van de Wft. Om aan kapitaal te komen, besluit u om 10.000 verhandelbare obligaties aan te bieden die géén notering krijgen op Euronext, met een waarde van 500 euro per stuk. Om deze aanbieding te promoten plaatst u een advertentie in het Erasmus Magazine. Leg gemotiveerd uit of u voor deze aanbieding een prospectus algemeen verkrijgbaar moet stellen dat door de Autoriteit Financiële Markten is goedgekeurd.

Answer: Verhandelbare obligaties kwalificeren als een effect in de zin van artikel 1:1 sub b Wft onder de definitie van effect. Op grond van artikel 5:2 Wft is het verboden om effecten aan het publiek aan te bieden zonder een prospectus dat is goedgekeurd door de AFM. Ondanks dat het maar om 10.000 obligaties gaat, is het verbod toch van toepassing (uitzondering van artikel 5:3 lid 1 sub b Wft is niet van toepassing, net als artikel 53 Vr Wft) aangezien het aanbod zich tot een ieder richt middels de advertentie in het Erasmus Magazine en er verder ook geen andere uitzondering van artikel 5:3 Wft van toepassing is.

10.

Boer David, u wel bekend van het televisieprogramma “Boer zoekt vrouw” woont en is gevestigd in Duitsland. Hij wil door middel van nieuwe investeringen zijn bedrijf uitbreiden en biedt daarom verhandelbare aandelen aan het publiek aan in zowel Duitsland als Nederland. Ga er vanuit dat de Duitse toezichthouder, Bafin, de enige toezichthoudende instantie is om het prospectus goed te keuren. Vraag (4 punten) Leg gemotiveerd uit wat boer David moet doen om zijn verhandelbare aandelen ook in Nederland te mogen aanbieden.

Answer: Indien boer David aan Bafin het verzoek doet om een Europees paspoort te verlenen dan kan boer David ook in Nederland verhandelbare aandelen aanbieden, zie artikel 5:11 Wft.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller profjustitia. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.96. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

96662 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.96  3x  sold
  • (4)
  Add to cart